Dag 7: Ubud - Bali Cooking Class (B)
Deze morgen volgt u een typische Balineese kookcursus in een traditioneel Balinees dorp nabij Ubud. U wordt opgehaald aan uw hotel in Ubud. Om 08.00 uur gaat u naar de markt waar ingrediënten zoals groenten, fruit, vis en vlees worden verkocht. Een gids geeft uitleg over het eten en de kruiden. Het is al leuk om te kijken naar alles wat er om u heen gebeurt. De ingrediënten voor de kookcursus worden gekocht. Vervolgens maakt u een wandeling door een rijstveld en krijgt u meer uitleg over het proces van de rijstverbouw. Vervolgens gaat u dan naar het dorp Laplapan, naar The Paon Bali, waar de cursus gegeven wordt. Onder begeleiding van een kok gaat u aan de slag om Indonesische gerechten te bereiden. Er wordt Engels gesproken. Als u vegetarisch wilt koken, kan dat ook, geeft u dat bij boeking aan. Na het koken volgt natuurlijk het proeven van de gerechten!
U gids neemt u deze middag op sleeptouw door Ubud.
Midden in het centrum van Ubud bevindt zich het Ubud Palace van de oude koningen, het Puri Saren Agung. Dit ‘waterpaleis’, zoals het ook wel wordt genoemd, werd in de 16 eeuw gebouwd. Rond 1930 werd het koningshuis afgeschaft, maar tegenwoordig wonen er aan de achterkant van het paleis nog steeds nazaten van de koninklijke familie. U kunt het grootste gedeelte van het Saren Agung-paleis gratis bezichtigen en in en rondom het waterpaleis worden regelmatig voorstellingen van traditionele Balinese dansen georganiseerd.
In centrum van Ubud ligt Monkey Forest, ofwel het Apenbos. In dit aangename, maar toeristische en niet erg bloemrijke, beschermde woud leven drie groepen (van in totaal bijna 600 apen) makaken. Tijdens een wandeling ziet u de dieren in hun natuurlijke omgeving. Let goed op uw spullen en geef ze niets te eten. Als u het gehele bos doorloopt, komt u bij het restaurant Laka-Léké, dat 'toevluchtsoord' betekent in het Indonesisch. Deze verscholen oase biedt, naast heerlijk eten, Balinese dansvoorstellingen. Vanuit Monkey Forest lopen we door naar Pura Dalem Agung Padangtegal, de Tempel des Doods. Deze tempel is gewijd aan Durga, de godin van de dood, die volgens het geloof regelmatig de gedaante van de heks Rangda aanneemt. Langs de hoofdtrap ziet u zes uit steen gehakte beelden van haar: akelig scherpe tanden, een lange tong, ongekamd haar en hangende borsten. Er zijn zelfs twee sculpturen die de heks afbeelden terwijl zij kinderen verslindt, iets wat zij volgens de verhalen graag deed. Ook al klinkt dit alles nogal luguber, het is toch een interessant bezoek waarmee u een goede indruk krijgt van de Balinese cultuur en haar verhalen.
Dag 8: Tempels, tuinen, waterpaleizen en prachtig rijstvelden kleuren de dag (B)
U bezoek het plaatsje Bedugul aan het Bratan meer. Dit rustige meer vult de oude krater van de niet meer actieve vulkaan Gunung Catur, die ruim 2000 meter boven het meer uittorent. Bedugul ligt op 1200 meter hoogte, waardoor het er heerlijk koel is. Het Bratanmeer is erg belangrijk voor de irrigatie van de zuidelijke gebieden. In het meer, op een kleine landtong aan de westelijke oever, staat het vredige hindoeïstisch-boeddhistische Ulun Danu temple Bali, dat werd gebouwd in de 17de eeuw. De door lotusbloemen omringde tempel is gewijd aan de godin van het water, Dewi Danu.
U kan optioneel ook een bezoek brengen aan de Botanische Tuin, een wonderschone bestemming voor een ontspannen wandeling. U ziet er watervallen en meertjes, vele orchideeën, vlinderstruiken, medicinale-, kaneel- en vanilleplanten en een enorme lotusvijver. Verdwaal in het labyrint en bewonder de tentoonstelling van cactussen uit Oost-Bali. Het beste tijdstip om te gaan is ’s ochtends, omdat het dan nog aangenaam koel is.
U bezoekt vandaag:
Goa Gajah, de Olifantengrot, ligt op drie kilometer ten oosten van Ubud. Het middelpunt van
het complex is een grot waarvan de ingang de vorm van de mond van een demon heeft. Binnenin de grot ziet u een aantal lingam en yoni (fallus en vagina) beelden en er staat een beeld van Ganesha, de godheid met het olifantenhoofd. Op weg naar de waterval ziet u nog een aantal beelden, een paar rijstvelden en boeddhistische stoepa's.
Gunung Kawi, het gravencomplex van koning Anak Wungsu en zijn vele vrouwen, bevindt zich op achttien kilometer ten noordoosten van Ubud. Het bouwwerk dateert uit de elfde eeuw en heeft een trap met 371 treden. Beneden vindt u rijstvelden die zo typisch zijn voor dit gedeelte van Azië en een kleiner complex aan de zuidkant van de rivier. Dit is de begraafplaats van de vrouwen van de koning. Voordat u de gebouwen binnengaat, dient u uw schoenen uit te trekken.
Het waterpaleis van Tirta Empul, gelegen op twintig kilometer ten noordoosten van Ubud, is een van de heiligste tempels op Bali. Het oorspronkelijke complex dateert uit 960, maar de huidige panden zijn veel moderner. De sobere tempel is gebouwd rond een aantal hete bronnen die opborrelen midden in de tuin. De Balinezen gaan hier naartoe om zichzelf geestelijk en lichamelijk te reinigen, en ook om eens een ontspannen bad te nemen. Veel toeristen die door Indonesië reizen, gaan naar Tirta Empul voor dezelfde combinatie.
Rijstvelden van Tegallallang op ongeveer een 15 tal minuten rijden vanaf Ubud vind je de prachtig gelegen rijstterrassen van Tegellallang. Het is een prachtige plek die je ongetwijfeld bij blijft!
|